werklandbeginsel
- werk·land·be·gin·sel
- samenstelling van werkland en beginsel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | werklandbeginsel | - |
verkleinwoord | - | - |
het werklandbeginsel o
- (juridisch) het beginsel dat een buitenlandse werknemer in Nederland in aanmerking komt voor bepaalde overheidsgelden volgens Nederlands recht
- Het woord 'werklandbeginsel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.