• werk me·de
vervoeging van
medewerken

werk (…) mede

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van medewerken
    • Ik werk mede. 
  2. gebiedende wijs van medewerken
    • Werk mede! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van medewerken
    • Werk je mede?