went
- went
vervoeging van |
---|
wennen |
went
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wennen
- Jij went.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wennen
- Hij went.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van wennen
- Went!
- Het woord went staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Komt van de oudere vorm wend.
- IPA: /(x)wænt/ (Etsbergs)
went