vuilzak
- vuil·zak
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vuilzak | vuilzakken |
verkleinwoord | vuilzakje | vuilzakjes |
de vuilzak m
- plastic zak waarin men vuilnis kan doen en die later door de vuilnisophaaldienst wordt opgehaald
- De regen stroomt langs de ruiten, maar zijn moeder heeft de vuilzakken en laarzen al klaargezet.[2]
- 'Het belangrijkste is om je comfortabel en zelfzeker te voelen. Dus als je kledij draagt die te klein is, niet flatteert, te ingewikkeld is of niet geschikt voor je leeftijd: stop daarmee. De beste stijl is zelfzekerheid: je kan een vuilzak er mooi laten uitziet als je hem draagt met trots.'[3]
- Het woord vuilzak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vuilzak" herkend door:
79 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ de Standaard 07/07/2017 om 11:00 door Katrien Steyaert 'Thuis zie ik elke dag waarom onze kankerbehandelingen beter moeten'
- ↑ de Standaard 24/05/2017 om 09:30 door Kim De Craene 'Je kan een vuilniszak er mooi laten uitzien als je die draagt met trots'
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be