• vre·des·kans
enkelvoud meervoud
naamwoord vredeskans vredeskansen
verkleinwoord

de vredeskansv / m

  1. mogelijkheid dat een gewapend conflict wordt beëindigd
     Moskou ziet vredeskans in uitslag Oekraïne: Rusland heeft voorzichtig optimistisch gereageerd op de verkiezingsuitslag in Oekraïne. De resultaten bieden een kans op vrede, laat het ministerie van Buitenlandse Zaken volgens Russische media weten.[2]
     Klap voor vredeskans: Van Palestijnse kant liet een veroordeling niet lang op zich wachten. "Dit is een voortzetting van het Israëlische regeringsbeleid om de tweestatenoplossing onmogelijk te maken", zei een woordvoerder van de Palestijnse president Mahmoud Abbas. De Israëlische actiegroep Peace Now noemt de plannen "een grote klap voor de vooruitzichten op vrede".[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Moskou ziet vredeskans in uitslag Oekraïne” (27-10-2014,), NOS
  3.   Weblink bron
    Ties Brock
    “Israël zet omstreden bouwplannen in Oost-Jeruzalem door” (15/11/2020), NOS