voorstaan
- voor·staan
- samenstelling van voor bw en staan ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
voorstaan |
stond voor |
voorgestaan |
klasse 6 | volledig |
voorstaan
- overgankelijk onderschrijven, steunen
- Het standpunt wordt voorgestaan door de regering.
- Betaalbare topkwaliteit is wat wij voorstaan.
- wederkerend zich laten ~: zich beroepen op, zichzelf roemen om
- De partij laat zich voorstaan op het vasthouden aan haar principes.
- Het woord voorstaan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "voorstaan" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be