volgrijtuig
- Geluid: volgrijtuig (hulp, bestand)
- volg·rij·tuig
- samenstelling van volgen ww en rijtuig zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | volgrijtuig | volgrijtuigen |
verkleinwoord | volgrijtuigje | volgrijtuigjes |
- een door paarden getrokken rijtuig of koets die volgt op het leidende rijtuig van een stoet
- ▸ Ze vvaren met z'n vieren in het volgrijtuig gegaan: grootvader, oom Dirk en neef Breman met een hoge zijden hoed en zwarte handschoenen, en hij, Kees, met z'n gewone goed, omdat-ie nog maar een jongen was.[2]
- ▸ Trouwens, waar is Franz?' 'Hij zit in het eerste volgrijtuig met monsieur de Villefort, die hem nu al als een lid van de familie beschouwt.[3]
- ▸ De toeschouwers komen om een glimp van het koninklijk paar op te vangen. En natuurlijk ook voor het ceremonieel rond de bekendmaking van de miljoenennota: De rijtoer met de gouden koets en de volgrijtuigen, het militair vertoon en niet te vergeten de traditionele balkonscène op Paleis Noordeinde rond 14.00 uur. In de Ridderzaal van het Binnenhof leest de koning de troonrede voor, waarmee het nieuwe werkjaar van de Staten-Generaal wordt geopend. Op het Malieveld worden saluutschoten afgevuurd.[4]
- Het woord volgrijtuig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Kees de jongen” (1923), C.A.J. van Dishoeck
- ↑ “De graaf van Monte-Cristo” (2007), L.J. Veen , ISBN 9789020413021
- ↑ Weblink bron “Den Haag staat al in het teken van Prinsjesdag” (15-09-2014), Tubantia