voetreis
- voet·reis
- samenstelling van voet en reis
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | voetreis | voetreizen |
verkleinwoord | voetreisje | voetreisjes |
- een reis die je te voet maakt
- Het is nog altijd mijn grote wens om een voetreis naar Rome te maken.
- Een voetreis lijkt gratis maar is het niet want je hebt overnachtingen nodig onderweg.
- Het woord voetreis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "voetreis" herkend door:
92 % | van de Nederlanders; |
83 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be