Nederlands

 
[2] voetbalkunst
Uitspraak
Woordafbreking
  • voet·bal·kunst
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord voetbalkunst voetbalkunsten
verkleinwoord voetbalkunstje voetbalkunstjes

Zelfstandig naamwoord

de voetbalkunstv

  1. het op een artistieke manier spelen met een voetbal zonder deze met de handen aan te raken
     De meest legendarische warming-up uit de geschiedenis was zondag 31 jaar oud. Maar de klassieker van Diego Maradona is nog altijd springlevend bij de huidige jeugd. Het stukje voetbalkunst inspireerde Grol onder 13-1 tot een aanstekelijke challenge.[1]
  2. kunstige manoeuvre met een voetbal
  3. door voetbal geïnspireerde kunst
     De ontmoeting met de Nederlandse gemeenschap staat pas voor donderdag gepland. De kinderzang was overigens niet het enige oranje-gekleurde evenement in het middagprogramma. Minister Maxime Verhagen (Economische Zaken) had tijdens een bijeenkomst van de top van het Nederlandse en Qatarese bedrijfsleven al de loftrompet gestoken over de Nederlandse voetbalkunst, en de daaraan gekoppelde kennis bij de bouw van voetbaltempels.[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Volg net als de jeugd van Grol het spoor van Diego: wie durft de uitdaging aan?” (20 apr. 2020), Tubantia
  2.   Weblink bron “Bazaar van Doha kleurt onverwacht oranje” (09-03-2011), Reformatorisch Dagblad