Nederlands

 
vliegkampschip
Uitspraak
Woordafbreking
  • vlieg·kamp·schip
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vliegkampschip vliegkampschepen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het vliegkampschipo [1]

  1. (militair) schip dat kan functioneren als een drijvende vliegbasis
     Aan boord van het vliegkampschip HMS Queen Elizabeth zijn 18 Britse en Amerikaanse F-35-gevechtsvliegtuigen en 14 helikopters. Daarnaast varen op het nieuwste vliegdekschip van de Britten 1700 bemanningsleden mee.[2]
     De Admiraal Koeznetsov is in de Russische vloot het enige vliegkampschip. Dat is een schip dat niet alleen met een vliegdek, maar ook met onder meer een hangar is uitgerust.[3]
     C. Sorteren en combineren: In deze fase moet je logisch nadenken. Een vliegkampschip voor de kust van Alaska zal niet betrokken zijn bij een aanval op Libië. En de vraag 'Waar zijn de vliegdekschepen?' is met vijf muisklikken te beantwoorden. Via de diverse kanalen is het ordenen van de gegevens kinderspel. Een vliegbasis of een vlootverband beschouw je als een entiteit en vervolgens is het een kwestie van aanvullen. Alle digitale puzzelstukjes zijn er tenslotte.[4]
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Nederlands marineschip voor het eerst in lange tijd naar Oost-Azië” (Zaterdag 22 mei 2021, 15:03), NOS
  3.   Weblink bron “'Russisch vliegdekschip niet op weg naar Syrië'” (Woensdag 14 oktober 2015, 15:27), NOS
  4.   Weblink bron “Werkwijze Dirk de Jager” (Dinsdag 22 maart 2011, 09:21), NOS