1. Een voorbeeld van een vleessoep is ossenstaartsoep  .
  • vlees·soep
enkelvoud meervoud
naamwoord vleessoep vleessoepen
verkleinwoord vleessoepje vleessoepjes

de vleessoepv / m

  1. (voeding) vloeibaar warm gerecht bereid door spierweefsel van zoogdieren in water te koken
     In permafrost kunnen groentes ook niet groeien, dus het diner is karig. Inwoners eten bevroren rauwe witvis, zalm, paardenlever en veel vleessoep.[2]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron
    Sterre van der Hee
    “Fotoserie: zo leven de inwoners van Ojmjakon, de koudste plek op aarde” (31 december 2014) op nrc.nl