Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vlag·ver·toon
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vlagvertoon vlagvertonen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

vlagvertoon o [1]

  1. door het hijsen van een vlag demonstreren dat men ergens macht over heeft
     "We willen onze vrienden in China duidelijk laten zien dat we geloven in het VN-zeerechtverdrag", zei Johnson. De Britse regering wil met de trip met vlagvertoon inspelen op de toenemende invloed van China, schrijven Britse media.[2]
     Een groots vuurwerkspektakel boven Washington met veel vlagvertoon. Luid applaudisserende fans die dicht op elkaar gepakt in de tuin van het Witte Huis leuzen scanderen: "Four more years!" Anderhalve meter afstand en mondkapjes? Vergeet het maar. De afronding van de Republikeinse conventie was in alle opzichten een Trumpiaanse show.[3]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Nederlands marineschip voor het eerst in lange tijd naar Oost-Azië” (Zaterdag 22 mei 2021, 15:03), NOS
  3.   Weblink bron “Trumps speech: optimistische vergezichten vs. hel en verdoemenis” (Vrijdag 28 augustus 2020, 05:58), NOS