zilveren groenuil
  • (IPA in voorbereiding)
  • vis·staart·je

het visstaartjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord visstaart
enkelvoud meervoud
naamwoord
verkleinwoord visstaartje visstaartjes

het visstaartjeo dim. tant.

  1. (vlinders) insect uit de familie Nolidae   van vlinders in de superfamilie Noctuoidea  . Er zijn 1700 soorten bekend. De Nederlandstalige naam dankt deze familie aan de naschuivers (achterste potenpaar) van de rupsen, die in een v-vorm ten opzichte van elkaar staan, en wel wat op een staart van een vis lijken