vijfendertigjarig
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vijfendertigjarig (hulp, bestand)
- IPA: / ˈvɛifənˌdɛrtəxˌjarəx / (6 lettergrepen)
Woordafbreking
- vijf·en·der·tig·ja·rig
Woordherkomst en -opbouw
- samenstellende afleiding van vijfendertig ht en jaar zn met het achtervoegsel -ig
stellend | |
---|---|
onverbogen | vijfendertigjarig |
verbogen | vijfendertigjarige |
partitief | vijfendertigjarigs |
Bijvoeglijk naamwoord
vijfendertigjarig
- 35 jaren durend
- Gedurende dit vijfendertigjarig tijdperk heerste er vrede.
- met de leeftijd van 35 jaar
- Bij de brand viel helaas een vijfendertigjarig slachtoffer.
Schrijfwijzen
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'vijfendertigjarig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.