vierenzestigjarig
- Geluid: vierenzestigjarig (hulp, bestand)
- IPA: / ˈvirənˌsɛstəxˌjarəx / (6 lettergrepen)
- vier·en·zes·tig·ja·rig
- samenstellende afleiding van vierenzestig ht en jaar zn met het achtervoegsel -ig
stellend | |
---|---|
onverbogen | vierenzestigjarig |
verbogen | vierenzestigjarige |
partitief | vierenzestigjarigs |
vierenzestigjarig
- 64 jaren durend
- Gedurende dit vierenzestigjarig tijdperk heerste er vrede.
- met de leeftijd van 64 jaar
- Bij de brand viel helaas een vierenzestigjarig slachtoffer.
- Het woord 'vierenzestigjarig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.