verspreid
- ver·spreid
- vervoeging van verspreiden: de stam zonder -d omdat de stam al op -d eindigt en zonder ge- vanwege voorvoegsel
stellend | |
---|---|
onverbogen | verspreid |
verbogen | verspreide |
partitief | verspreids |
verspreid [1]
- op verschillende plaatsen staand of voorkomend, uiteengeplaatst, verstrooid
vervoeging van |
---|
verspreiden |
verspreid
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verspreiden
- Ik verspreid.
- gebiedende wijs van verspreiden
- Verspreid!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verspreiden
- Verspreid je?
vervoeging van: | verspreiden… |
verbogen vorm: | verspreide |
verspreid
- voltooid deelwoord van verspreiden
- Het woord verspreid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verspreid" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be