verslinder
- Geluid: verslinder (hulp, bestand)
- ver·slin·der
- afgeleid van de werkwoordstam van verslinden met het achtervoegsel -er
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | verslinder | verslinders |
verkleinwoord | verslindertje | verslindertjes |
de verslinder m
- iemand die iets gulzig opeet of opdrinkt
- (figuurlijk) iemand die van iets veel heeft weten af te werken
- Het woord verslinder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.