verschijningsvorm
- ver·schij·nings·vorm
- samenstelling van verschijning en vorm met het invoegsel -s- [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | verschijningsvorm | verschijningsvormen |
verkleinwoord | - | - |
de verschijningsvorm m
- vorm waarin een verschijnsel zich voordoet
- ▸ Ik kon mij voorstellen dat haar poëzie compromisloos experimenteel zou zijn, en van een aantrekkelijke eenzelvige gekte, die in feite een getormenteerde en door geen criticus begrepen verschijningsvorm was van passie die woedde als een uitslaande brand.[2]
- Het woord verschijningsvorm staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Grand Hotel Europa” (2018), De Arbeiderspers , ISBN 978-90-295-2622-7, p. 31