Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·lo·vings·feest
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord verlovingsfeest verlovingsfeesten
verkleinwoord verlovingsfeestje verlovingsfeestjes

Zelfstandig naamwoord

het verlovingsfeesto

  1. een feest dat men geeft omdat twee mensen elkaar belooft hebben dat ze met elkaar zullen gaan trouwen
     Er werd geen verlovingsfeest gegeven en niemand kreeg iets over de verloving van Bolkonski en Natasja te horen; daar had vorst Andrej op gestaan.[2]
     De Zuid-Afrikaanse president Zuma is niet te spreken over de veroordeling van een homopaar in Malawi. Twee mannen kregen daar vorige week een celstraf opgelegd van 14 jaar wegens grove obsceniteit en onnatuurlijke daden. Ze waren opgepakt op hun verlovingsfeest.[3]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Oorlog en Vrede” (1869), van Oorschot, ISBN 978902825115 1
  3.   Weblink bron “Kritiek Zuma op homo-straf Malawi” (27-05-2010), NOS