verloskundige
- ver·los·kun·di·ge
- Afgeleid van verloskundig met het achtervoegsel -e
verloskundige
- verbogen vorm van de stellende trap van verloskundig
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | verloskundige | verloskundigen |
verkleinwoord | - | - |
- Het woord verloskundige staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verloskundige" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be