• ver·lak·ker
enkelvoud meervoud
naamwoord verlakker verlakkers
verkleinwoord verlakkertje verlakkertjes

de verlakkerm

  1. iemand die de zaak bedriegt, een bedrieger
58 % van de Nederlanders;
47 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be