vastgoedfraudezaak
- vast·goed·frau·de·zaak
- samenstelling van vastgoed en fraudezaak
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vastgoedfraudezaak | vastgoedfraudezaken |
verkleinwoord | vastgoedfraudezaakje | vastgoedfraudezaakjes |
- (juridisch) een geval van vastgoedfraude
- Het woord vastgoedfraudezaak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.