Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • va·rens
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord varens
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de varensmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord varen
  2. (planten) meervoudsvorm als officiële benaming een botanische naam die afhankelijk van de opvatting van de betreffende auteur betrekking heeft op planten van de stam Pteridophyta   of de klassen Pteropsida  , Polypodiopsida  , Lycopsida   of de clade Monilophyta  
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie