Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • va·lu·ta·mand·je
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord valutamandje -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het valutamandjeo dim. tant.

  1. (financieel) groep munteenheden, waarvan het gewogen gemiddelde wordt berekend

Gangbaarheid