Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • val·brug
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord valbrug valbruggen
verkleinwoord valbrugje valbrugjes

Zelfstandig naamwoord

de valbrugv / m

  1. een beweegbare brug waarbij deze om de y-as roterend naar beneden gelaten wordt of wordt opgehaald
    • De valbrug van het kasteel was neergelaten toen de koning arriveerde. 

Gangbaarheid

90 % van de Nederlanders;
93 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be