vakantieactiviteit
- va·kan·tie·ac·ti·vi·teit
- samenstelling van vakantie zn en activiteit zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vakantieactiviteit | vakantieactiviteiten |
verkleinwoord |
- Het woord vakantieactiviteit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.