vaatplanten

Nederlands

Verschillende vaatplanten.

Uitspraak

• Geluid:  vaatplanten    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈvatplɑntə(n) / (3 lettergrepen)

Woordafbreking

• vaat·plan·ten

Woordherkomst en -opbouw

• vaatplant met uitgang -en

Zelfstandig naamwoord

de vaatplanten mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord vaatplant
2. meervoudsvorm als officiële benaming (planten) stam of afdeling Tracheophyta , landplanten met vatenbundels om water te transporteren

   ▸ We wisten dat die eerste vaatplanten in het Siluur zijn ontstaan, dus het is heel mooi dat we daar nu sporen van hebben teruggevonden.

Hyperoniemen

• [2] landplanten, planten

Hyponiemen (in taxonomische zin)

• [2] addertongen, adelaarsvarenfamilie, bolletjesvarenfamilie, boomvarens, driehoeksvaren, dubbellooffamilie, eikvarenfamilie, koningsvarenfamilie, lintvarenfamilie, moerasvarenfamilie, niervarenfamilie, paardenstaartenfamilie, streepvarenfamilie, vliesvarenfamilie, watervarens, wijfjesvarenfamilie
• [2] Afghaanse duizendknoop, Afrikaanse amarant, akkerdravik, ardense dravik, Argentijnse amarant, bochtig look, bonairepalm, Colombiaanse wolffia, driedelige ambrosia, driekantig look, echte ballote, eivormige waterbies, fijn akkerscherm, geelwitte ossentong, groot akkerscherm, groot sneeuwklokje, hanendoorn, hazenstaart, hoornmelde, kattenstaartamarant, kleinbloemige amsinckia, kogellook, kruipende moerasweegbree, liggende majer, pijlscheefkelk, rood cypergras, roze berberis, ruig zoutkruid, ruige fijnstraal, ruige lathyrus, vroeg barbarakruid, zandambrosia
• [2] blaasvaren, roestbruine wimpervaren, seomgirincho, zaadvarens
• [2] Aziatische veldkers, bergdravik, bosdravik, hoge fijnstraal, klein heksenkruid, ruwe dravik, sierlijke dravik

Gangbaarheid

• Het woord vaatplanten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

• [1] vaatplanten op Wikidata