vaardigden uit
- Geluid: vaardigden uit (hulp, bestand)
- IPA: / ˈvardəɣdə(n) ˈœyt / (4 lettergrepen)
- vaar·dig·den uit
- uit vaardigden (werkwoord) en uit (bijwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan
vervoeging van |
---|
uitvaardigen |
vaardigden (…) uit
- meervoud verleden tijd van uitvaardigen
- Wij vaardigden uit.
- Jullie vaardigden uit.
- Zij vaardigden uit.
- Wij vaardigden uit.
- Het woord vaardigden uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.