Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • usb-la·der
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de usb-laderm

  1. schrijfwijze voor USB-lader
    • Schaf dan bij de Apple-winkel een usb-lader aan. [1]
Opmerkingen
  • Omdat de afkorting "USB" steeds meer in het spraakgebruik voorkomt, is de spelling met kleine letters "usb" ook verdedigbaar geworden.[2]
  • De spelling is "usb-lader" met een koppelteken "-" vanwege spellingregel 6.H.

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen