tweehonderdendrieëntachtig

Nederlands

0	2	8	3

tweehonderdendrieëntachtig,
op een abacus

Uitspraak

• Geluid:  tweehonderdendrieëntachtig    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌtwehɔndərtɛnˈdrijənˌtɑxtəx / (8 lettergrepen)

Woordafbreking

• twee·hon·derd·en·drieën·tach·tig, twee·hon·derd·en·drie·en·tach·tig

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  tweehonderd ht,   en vw  en  drieëntachtig ht 

Hoofdtelwoord

tweehonderdendrieëntachtig

1. "283", langere vorm van tweehonderddrieëntachtig, tweehonderd plus drieëntachtig
   1. om een hoeveelheid aan te geven

      • De inzameling heeft tweehonderdendrieëntachtig euro en vijftig cent opgebracht. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot tweehonderdendrieëntachtig. 

Synoniemen

• tweehonderddrieëntachtig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "tweehonderdendrieëntachtig" wordt zelden gebruikt)

Afgeleide begrippen

rangtelwoord

• tweehonderdendrieëntachtigste

hooftelwoord samengesteld met "tweehonderdendrieëntachtig" ht als linkerdeel

• tweehonderdendrieëntachtigduizend

Gangbaarheid

• Het woord 'tweehonderdendrieëntachtig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.