• twee·deurs·au·to
enkelvoud meervoud
naamwoord tweedeursauto tweedeursauto's
verkleinwoord tweedeursautootje tweedeursautootjes

de tweedeursautom

  1. een auto met twee deuren, een voor de bestuurder en een voor de passagier
    • Een tweedeursauto is voor een gezin niet zo praktisch.