Een tuiser of tuischer, zoals men vroeger schreef, is een speler, een dobbelaar, iemand die "zich overgeeft aan het spel genaamd tuischen". De spel-betekenis, zo veronderstelde ik twee weken geleden, is vermoedelijk afgeleid van de oudere betekenis van tuisen: "wisselen, ruilen". [2]
tussenpersoon bij de handel in vee
Een lezer uit Lubbeek wijst mij op een betekenis van tuiser die ik niet kende: de tussenpersoon bij het verkopen van dieren zoals koeien en stieren. Zo is het woord (als "tossjer") althans in Bertem bekend. [3]