tuinmuur
- tuin·muur
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tuinmuur | tuinmuren |
verkleinwoord | tuinmuurtje | tuinmuurtjes |
de tuinmuur m
- stenen afscheiding van een beplant erf
- Het woord tuinmuur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "tuinmuur" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be