trommelslag
- Geluid: trommelslag (hulp, bestand)
- trom·mel·slag
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | trommelslag | trommelslagen |
verkleinwoord |
- (muziek) een enkele slag of roffel op een trommel
- ▸ Onder de schutterstroepen die bij trommelslag zijn opgeroepen, is intussen de korte vleug van geestdrift weer getaand, zij zijn doodsbang om buiten de veilige wallen van hun stad te moeten trekken, doodsbang dat het werkelijk tot vechten zal komen met de gevaarlijke Pruisen die zo goed kunnen schieten.[3]
- ▸ Overdag weerkaatste van alle bergruggen in het rond de dreunende trommelslag van een compleet regiment Hongaarse tamboers, maar de nachten waren nog erger: achter zich zag de Beierse keurvorst de hemel dan rood oplichten van de brandende dorpen en velden terwijl recht vooruit reeds de waanzinnige lach opklonk van zijn van schaamte gek geworden vrouw, en nog begreep hij niet wat er gebeurd was.[4]
- Het woord trommelslag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ trommelslag op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Johanna van Ammers-Küller“Tavelinck-trilogie” (1970), Strengholt, ISBN 9060101723
- ↑ “Gewassen vlees” (1994), Em. Querido's Uitgeverij , ISBN 9021479737