travaat
- tra·vaat
- van Portugees vento travado [1] [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | travaat | |
verkleinwoord |
- (scheepvaart) (verouderd) stortbui met heftige wind, zoals die voor de kust van Guinea voorkomen
- Het woord 'travaat' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "travaat" herkend door:
17 % | van de Nederlanders; |
25 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ travaat op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be