Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • to·taal·re·sul·taat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord totaalresultaat totaalresultaten
verkleinwoord totaalresultaatje totaalresultaatjes

Zelfstandig naamwoord

het totaalresultaato

  1. (economie) uitkomst van alle onderdelen van een bedrijf te samen
    • Enkele onderdelen van het bedrijf waren verliesgevend maar het totaalresultaat was toch positief door de meer succesvolle bedrijfsonderdelen. 
  2. het eindresultaat van een proces
     Het totaalresultaat was indrukwekkend, dat viel niet te ontkennen.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Tussen rood en zwart” (2014), Uitgeverij Prometheus  , ISBN 9789044625691