Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • to·neel·groep
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord toneelgroep toneelgroepen
verkleinwoord toneelgroepje toneelgroepjes

Zelfstandig naamwoord

de toneelgroepv

  1. (toneel) theatergezelschap, vaste groep van personen die toneelvoorstellingen speelt
    • De Appel is een bekende toneelgroep uit Scheveningen. 

Meer informatie

Gangbaarheid