terugverkopen
- te·rug·ver·ko·pen
- samenstelling van terug bw en verkopen ww
terugverkopen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
terugverkopen |
verkocht terug |
terugverkocht |
zwak -cht | volledig |
- iets verkopen aan diegene waarvan men het eerst gekocht heeft
- ▸ Maar dan nog was volgens de professor het woord nationalisatie verkeerd gekozen, omdat de bank dan maar voor korte tijd in overheidshanden zou zijn. "Daarna zou de Nederlandse overheid naar alle waarschijnlijkheid de bank weer terugverkopen aan de private sector."[1]
- ▸ Minister Klink van Volksgezondheid probeert de overtollige vaccins tegen de Mexicaanse griep terug te verkopen aan de fabrikanten. Daarnaast lopen er volgens het ministerie ook gesprekken met andere landen die mogelijk vaccins willen overnemen.[2]
- Het woord terugverkopen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron NOS Nieuws“Bos: overname alle banken was optie” (Zaterdag 1 mei 2010, 16:24), NOS
- ↑ Weblink bron “Klink wil vaccins terugverkopen” (Zaterdag 6 maart 2010, 16:44), NOS