terafim

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  terafim    (hulp, bestand)
• IPA: /təˈrafim/, /təraˈfim/

Woordafbreking

• te·ra·fim

Woordherkomst en -opbouw

• Herkomst: Hebreeuws (gangbare Nederlandse versie)

Zelfstandig naamwoord

de terafim v / m

1. (Jiddisch-Hebreeuws) betrekkelijk kleine godenbeeldjes, in huis of in een heiligdom, met name gebruikt voor orakels; in vertalingen ook: huisgoden, godenbeeldjes (15×: Gen. 31:19 +, Recht. 17:5 +, 1 Sam. 15:23 +, 2 Kon. 23:24, Ez. 21:26, Hos. 3:4, Zach. 10:2)

Verwante begrippen

• Hebreeuws (transcriptieversie): terafiem

Vertalingen

    1.   

Engels: teraphim (en)

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Gangbaarheid

• Het woord 'terafim' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.