• te·le·pa·thie
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘supranormale overbrenging’ voor het eerst aangetroffen in 1907 [1]
  • met het voorvoegsel tele- en met het achtervoegsel -pathie [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord telepathie telepathieën
verkleinwoord - -

de telepathiev

  1. paranormale gedachtenoverbrenging bij van elkaar verwijderde personen
99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[3]