tabakszak
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ta·baks·zak
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van tabak en zak met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tabakszak | tabakszakken |
verkleinwoord | tabakszakje | tabakszakjes |
Zelfstandig naamwoord
de tabakszak m
- kleine zak (b.v. van leer) waarin men tabak bij zich droeg
Gangbaarheid
- Het woord tabakszak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "tabakszak" herkend door:
87 % | van de Nederlanders; |
79 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be