• taal·des·kun·di·ge
enkelvoud meervoud
naamwoord taaldeskundige taaldeskundigen
verkleinwoord

de taaldeskundigev / m

  1. iemand die verstand heeft van taal
    • Een taaldeskundige heeft vaak een universitaire opleiding voltooid in een taal. 
    • Zoals het hoort in de wetenschap zijn de taaldeskundigen het lang niet altijd met elkaar eens.