suffisantie
- Geluid: suffisantie (hulp, bestand)
- suf·fi·san·tie
- afgeleid van het Franse suffisance (met het achtervoegsel -antie)[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | suffisantie | - |
verkleinwoord | suffisantietje | suffisantietjes |
de suffisantie v
1.
- Het woord 'suffisantie' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.