stuccen
- stuc·cen
- afgeleid van stuc zn met het achtervoegsel -en, ondanks de uitspraak (met een lange -uu-) geschreven met een dubbele c onder invloed van Italiaans stucco zn en stuccare ww
stuccen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
stuccen |
stucte |
gestuct |
zwak -t | volledig |
- een muur of plafond met pleister afwerken en gladmaken; het aanbrengen van stucwerk
- ▸ Hij werkt met zijn collega’s op dit moment aan ‘nivellerend behang’ – voor een gladde muur is stuccen dan niet meer nodig. Dat scheelt weer een stukadoor.[1]
-
1. Een voorbeeld van stuccen met decoratie.
-
1. Een voorbeeld van stuccen zonder decoratie.
- Het woord stuccen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron Sam de Voogt“Een robot zet een huis zo in elkaar” (21 december 2018) op nrc.nl