Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • stroom·loos
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen stroomloos stroomlozer stroomloost
verbogen stroomloze stroomlozere stroomlooste
partitief stroomloos stroomlozers -

Bijvoeglijk naamwoord

stroomloos

  1. zonder (elektrische)stroom
    • Een black-out is een situatie dat de stroomvoorziening in een gebied uitvalt. In dit stroomloze stroomloos is het donker. 

Gangbaarheid