• sti·le·ring
enkelvoud meervoud
naamwoord stilering stileringen
verkleinwoord

de stileringv

  1. het om esthetische redenen iets eenvoudiger of abstracter weergeven
     Zo’n stilering van wat dagelijks de redding van velen is, moet worden beloond. De mooiste naald die wij mochten ontvangen, fijn van compositie en prachtig sober in z’n kleur en eenvoud.”[2]
     Het vrouwenbeeld uit de tijd van Thoetmosis III die deels met en na zijn tante (de vrouwelijke farao Hatsjepsoet) heerste, wordt door conservator Branko van Oppen vanwege de stilering ’erotisch’ genoemd.[3]
68 % van de Nederlanders;
58 % van de Vlamingen.[4]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Sandra wint met de kracht van eenvoud” (23-11-2010,), Tubantia
  3.   Weblink bron
    THEA DETIGER
    “Ochtendpleziertje voor de zonnegod” (24 feb. 2017), De Telegraaf
  4.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be