stem voor
- stem voor
vervoeging van |
---|
voorstemmen |
stem (…) voor
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorstemmen
- Ik stem voor.
- gebiedende wijs van voorstemmen
- Stem voor!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorstemmen
- Stem je voor?
- Het woord stem voor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.