spitsentrainer
- spit·sen·trai·ner
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | spitsentrainer | spitsentrainers |
verkleinwoord |
de spitsentrainer m
- (sport) (beroep) oefenmeester voor aanvallende spelers
- ▸ Bij Bannis, die bij Feyenoord leert van onder meer spitsentrainer Roy Makaay, zie je op bepaalde momenten ook dat hij nog niet helemaal klaar is voor het grote werk. Van der Veen haalt een voorbeeld aan. "Tegen AZ kreeg Naoufal op de achterlijn een flinke duw van Ron Vlaar. Dan is het echt de man tegen het jongetje. Hij zal het krachthonk in moeten, zonder zijn snelheid te verliezen."[1]
- ▸ Van Nistelrooij als spitsentrainer en later ook als assistent van Phillip Cocu. Van Bommel kreeg eerst de leiding over PSV onder 19 na werd na één succesvol seizoen doorgeschoven naar de hoofdmacht.[2]
- Het woord spitsentrainer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Bannis (17) klopt aan de deur bij Feyenoord: 'Hij heeft een enorme drive'” (zondag 6 oktober 2019, 08:07), NOS
- ↑ Weblink bron “Van Nistelrooij ook komende twee jaar bij jeugd PSV: 'Kijken waar plafond ligt'” (donderdag 2 mei 2019, 06:32), NOS