spekking
- spek·king
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | spekking | |
verkleinwoord |
de spekking v
- (bouwkunde) ter versiering aangebrachte laag natuursteen in een bakstenen muur
- (visserij) zwarte, oranje of blauwe draadjes polyethyleen die afkomstig zijn van borstels of trossen die onder visnetten uit de boomkorvisserij gehangen worden. De borstels, zelf ook vispluis of spekking genoemd, zorgen ervoor dat de visnetten minder snel slijten wanneer ze over de zeebodem slepen
- Het woord spekking staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "spekking" herkend door:
37 % | van de Nederlanders; |
28 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be