speelt voor
- Geluid: speelt voor (hulp, bestand)
- IPA: / ˈspelt ˈvor / (2 lettergrepen)
- speelt voor
vervoeging van |
---|
voorspelen |
speelt (…) voor
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorspelen
- Jij speelt voor.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorspelen
- Hij speelt voor.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van voorspelen
- Speelt voor!
- Het woord speelt voor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.